Terug naar zien en doen

DE MOOISTE
UITZICHTEN

De 3,5 km lange stadswallen welke zijn aangelegd tijdens de Tachtigjarige Oorlog, zijn volledig gerestaureerd. Men kan op verschillende niveaus de vesting in ca. 1 uur helemaal rond wandelen, waarbij men van de mooiste uitzichten kan genieten. Samen met de prachtige stadsgracht geven ze Hulst het unieke cachet van een historische vestingstad.

OMWALLING

Een wandeling over de 3,5 km lange stadswal geeft een fraai uitzicht op de vesting met zijn markante torentjes en aan de andere kant op de stadsgracht en het omliggende landschap. Ook voor Rolstoelgebruikers zijn de wallen goed toegankelijk. De paden zijn breed en verhard. Een op- en afgang is gemaakt aan de Korte Bellingstraat, het Oranjebolwerk, de Bagijnesteeg.

De omwalling die is aangelegd volgens het principe van het Oud-Nederlands Stelsel, is niet overal even hoog. In het zuiden bedraagt het hoogteverschil tussen kruin en onderwal slechts acht meter, omdat het buitengebied aan deze kant kon worden geanundeerd. Bovendien werd hier een dubbele omgrachting aangelegd. Het gebied ten noorden van de stad kon vanwege de hogere ligging niet onder water worden gezet. Daarom zijn de wallen daar niet alleen steiler, maar ook meer dan tien meter hoog. Oorspronkelijk lagen er vijf ravelijnen in de vestinggracht, waarvan vier aan de noordzijde. Tussen de Ravelijnen en de hoofdwal lagen houten bruggen. Negen bolwerken omringen de stad.

GENIET VAN HET 
UITZICHT TIJDENS 
DE 3,5 KM LANGE
WANDELING OVER 
DE WALLEN

PRINS FREDERIK HENDRIK

In 1645 lukte het Frederik Hendrik, 'De stedendwinger', de stad te veroveren. Hulst werd daarmee een Frontier Stadt: Een vestingstad van waaruit de grens tussen de Republiek der Zeven Provinciën en de Spaanse bezettingen in de Lage Landen kon worden verdedigd. In 1702 werd de Republiek der Zeven Provinciën bij de Spaanse Successieoorlog betrokken. Aan de oostzijde van de stad probeerden de Fransen een doorbraak te forceren, doch dit mislukte. Tijdens de Oostenrijkse Successieoorlog werd Hulst in 1747 aan de Fransen overgegeven. Toen in 1794 de Fransen Staats-Vlaanderen binnenvielen, was er van tegenstand nauwelijks sprake. Prins Willem V had opdracht gegeven om het grootste deel van de troepen terug te trekken. Op 16 mei 1795 werd Staats-Vlaanderen bij Frankrijk ingelijfd. De Franse bezetting duurde tot 1814. Sinds de vestingwet van 1874 waren veel steden van hun vestingwerken 'beroofd'. Toen in 1918 ook de gemeenteraad van Hulst besloot de wallen te slechten, rees er echter een storm van protest en werd er van deze plannen afgezien. Daarmee is Hulst een der fraaiste voorbeelden van Oud-Nederlandse vestingbouwkunst gebleven.

TOT DE SPAANSE PERIODE:

Aanvankelijk was Hulst een onversterkte plaats. Uit de stadsrekening van 1341 blijkt dat Hulst dan pas omgeven is door een primitieve gracht en een aarden wal. In 1452 werd de stad door de Gentenaren grotendeels verwoest. Vervolgens werd in 1460 met de aanleg van vestingwerken begonnen. Omstreeks 1480 was Hulst bijna geheel met stadsmuren omringd.

Op de plaats waar de havengeul de stad binnenkwam en waar ook het landverkeer uit het Land van Axel en het Land van Hulst samenkwam, lag een aarden bolwerk. Hier werd in 1506 met de bouw van de Bollewerckpoort begonnen. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog werden in 1572 de vestingwerken door de Spanjaarden versterkt. Van 1578 tot 1583 bezetten de Gentenaren de stad. Met de overgave aan de hertog van Parma in 1583 kwam aan de bezetting een einde.

In september 1591 slaagde Prins Maurits er in om Hulst te veroveren. Tegen de middeleeuwse stenen verdedigingswerken aan werd een aarden borstwering opgeworpen. Ook werden er in de grachten verschillende ravelijnen aangelegd. Deze werkzaamheden waren nog maar half voltooid toen Albertus van Oostenrijk in juli 1596 het beleg voor Hulst sloeg. Eind augustus werd de stad aan de Spanjaarden overgegeven.

Tijdens het Twaalfjarige Bestand (1609-1621) werd in 1618 begonnen de vestingwerken aan te leggen volgens het principe van het 'tracé-italienne'. In 1626, 1637, 1639, 1640 en 1643 werden door Frederik Hendrik pogingen ondernomen om Hulst met geweld aan Staatse zijde te krijgen. Het bezit van de stad ter beheersing van de linker Scheldeoever was noodzakelijk, omdat van daaruit een dertigtal forten van bezetting voorzien konden worden.

Inloggen

Nog geen inlog? Vraag aan via info@hulstnet.nl